Niels Bekkema schreef een text over onze video-installatie Schimmenspel. De volledige tekst is te vinden op: Witte Rook. Lees hieronder een extract:
Het belang van een instituut is te meten aan de omvang van het archief;
een waarheid die zeker opgaat voor het kopiistenprogramma van het Prado Museum in Madrid. Ana Maria Martín Bravo duwt een karretje met vijf grote registratieboeken en een wit kussentje de gekoelde documentatieruimte binnen, direct naast de museumbibliotheek. Een paar maanden eerder bezocht Iratxe Jaio ditzelfde archief in het kader van de onderzoeksresidentie waarvoor zij met haar partner, Klaas van Gorkum, was uitgenodigd door Witte Rook.
Witte Rook is een platform voor onderzoek, experiment, en reflectie op het gebied van beeldende kunst gevestigd in Breda. In de herfst van 2023 vroegen zij Jaio en Van Gorkum hoe zij als kunstenaars de gedeelde Spaanse en Nederlandse geschiedenis in een hedendaags perspectief zouden plaatsen. Jaio en Van Gorkum – die bekend staan om hun langdurige, op onderzoek gebaseerde projecten waarin antropologie, sociologie, archeologie en beeldende kunst samenkomen – besloten zich te richten op De Overgave van Breda van Diego Velázquez en dan in het bijzonder de kopieën ervan, die zich in verschillende semipublieke ruimtes in Breda bevinden.
Ana Maria legt het kussen op de smetteloze tafel, drukt er met haar hand een holte in, en opent daarin één van de boeken. Ik kijk naar de vergeelde pagina’s: rijen namen van kunstenaars, titels van de schilderijen, en de afmetingen van de doeken die ze bij zich hadden. Een paar maanden eerder spoorde Iratxe in deze boeken de handtekeningen op van de makers achter de kopieën die verspreid over Breda en Helmond te vinden zijn: in Het Kasteel van Breda, het Kasteel van Helmond, Stedelijk Museum Breda en het stadhuis.
De kunstenaars benaderden de replica’s die zij op deze locaties aantroffen niet zozeer als kunstwerken, maar als artefacten – ‘real fakes’, in hun woorden – die sociale interacties niet alleen inkaderen, maar ook op subtiele wijze structuur geven. Daar filmden ze hoe mensen zich bewogen, wachten, poseerden of op andere manieren optraden in de nabijheid van de verschillende doeken.
Het verzamelde beeldmateriaal werd uiteindelijk de basis voor de driekanaals video-installatie Schimmenspel. Een doorlopende soundtrack suggereert continuïteit tussen de gefilmde locaties waardoor het onderscheid tussen de verschillende ruimtes vervaagt. In plaats daarvan ontstaat een vreemde, hybride ruimte waarin echt en onecht, negeren en poseren, toneelspel en documentaire, voortdurend met elkaar verstrengeld raakt, met het schilderij als motief dat alle scenes onderling met elkaar verbindt.
De keuze voor De Overgave van Breda is allesbehalve willekeurig. Het schilderij toont hoe Justinus van Nassau de sleutels van de stad aan Ambrogio Spinola overdraagt, waarmee het einde van het Beleg van Breda wordt gemarkeerd. Maar die overdracht vindt plaats op een heuvel die niet bestaat in Breda. Velázquez is er zelf nooit geweest. Hij baseerde zich op een theaterstuk van Calderón de la Barca. De Overgave is daarmee geen nauwkeurige weergave van een historische situatie, maar een verbeelding van een verbeelding
Het opeenstapelen van representatie,
waarbij elke nieuwe laag verder verwijderd raakt van de feitelijke gebeurtenis en daardoor fundamentele vragen oproept over hoe betekenis tot stand komt, staat centraal voor Jaio en Van Gorkum. Betekenis kondigt zich zelden rechtstreeks aan, maar hoopt zich eerder op, als sediment dat laag voor laag een voedingsbodem vormt voor verschillende interacties. In Schimmenspel doet de status van origineel of kopie er dan ook minder toe dan wat deze werken teweegbrengen: hoe ze hun waarde ontlenen aan de sociale en ruimtelijke context waarin ze verkeren, en de vormen van betrokkenheid die ze mogelijk maken.
Eén van die vormen van betrokkenheid is fysieke nabijheid ten opzichte van het onderwerp. “Het is een manier om in contact te komen met deze mensen,” vertelde Iratxe tijdens één van onze telefoongesprekken over hun werk, “en om het onderzoek ook een fysieke dimensie te geven. We konden online veel informatie vinden, maar de ervaring van het zien van die boeken, en vooral de handtekeningen van de kopiisten, is iets totaal anders. Zo ontstaat er een soort contactobject, iets tastbaars dat je verbindt met andere kunstenaars die via dit archief ook met dit schilderij bezig zijn geweest.”
Een alledaagse, maar veelzeggende scene in Schimmenspel maakt dit idee van het schilderij als tastbaar contactobject concreet: technisch medewerkers demonteren het doek van de muur. Eén van hen legt haar hand op het midden van het doek om te voorkomen dat het omvalt. Wanneer het eenmaal op de grond ligt zijn de spieën, nietjes en montageplaat die het doek op spanning houden zichtbaar. Daarna hangen ze het opnieuw op voor een tentoonstelling over de familie Nassau in het Stedelijk Museum Breda. Even is het schilderij niet langer de verbeelding van een militaire overgave, maar slechts een onhandig object dat van de ene symbolische ruimte naar de andere wordt verplaatst.